Inhoudsopgave
3Installatiehandleiding geoTHERM 0020132508_00
8 Ingebruikstelling ...........................................................62
8.1 Eerste ingebruikneming uitvoeren ............................62
8.1.1 Hydraulisch schema selecteren ..................................62
8.1.2 Elektrisch schema kiezen .............................................63
8.1.3 Instellingen overnemen ................................................63
8.1.4 Brijncircuit vullen en ontluchten
(alleen VWS) ....................................................................63
8.1.5 CV-circuit controleren en ontluchten ....................... 64
8.1.6 Evt. boiler ontluchten ................................................... 64
8.2 CV-installatie aan de gebruiker doorgeven ............ 64
9 Aanpassing aan de CV-installatie ......................... 65
9.1 Modi en functies ............................................................ 65
9.2 Automatische functies ................................................. 65
9.3 Instelbare functies .........................................................67
9.3.1 Instelbare functies op het gebruikersniveau ..........67
9.3.2 Instelbare functies op het codeniveau .....................67
9.3.3 Extra functies via vrDIALOG ...................................... 68
9.4 Regelingsprincipe .........................................................68
9.4.1 Mogelijke CV-installatiecircuits ..................................68
9.4.2 Energiebalansregeling
(hydraulisch schema1 of 3) ......................................... 68
9.4.3 Regeling gewenste aanvoertemperatuur
(hydraulisch schema 2 of 4) ....................................... 69
9.5 Thermostaatstructuur ................................................. 69
9.6 Naar fabrieksinstellingen resetten.............................70
9.7 Menu's van het code niveau oproepen ......................71
9.7.1 Menu C: Parameters van de CV-installatie
instellen ............................................................................ 72
9.7.2 Menu D: Diagnoses uitvoeren .................................... 83
9.7.3 Menu I: Algemene informatie weergeven ............... 86
9.7.4 Menu A: Installatieassistent oproepen .................... 88
9.8 Alleen met vrDIALOG instelbare parameters ..........93
10 Inspectie en onderhoud ............................................. 95
10.1 Aanwijzingen voor inspectie en onderhoud ........... 95
10.2 Inspectie uitvoeren ....................................................... 95
10.3 Onderhoudswerkzaamheden uitvoeren .................. 95
10.4 Heringebruikneming en proefbedrijf uitvoeren .... 95
11 Storingsdiagnose en verhelpen van storingen .. 96
11.1 Storingstypes ................................................................. 96
11.2 Storingen aan eBUS-componenten ...........................97
11.3 Fouten met tijdelijke waarschuwingsmelding ........97
11.4 Storingen met tijdelijke uitschakeling ..................... 98
11.5 Fouten met permanente uitschakeling ...................100
11.6 Andere fouten/storingen ............................................104
12 Recycling en afvoer ...................................................106
12.1 Warmtepomp afvoeren ...............................................106
12.2 Verpakking afvoeren ...................................................106
12.3 Brijnvloeistof afvoeren (alleen VWS) ......................106
12.4 Koelmiddel laten afvoeren .........................................106
13 Garantie en serviceteam .........................................107
13.1 Fabrieksgarantie (België) ........................................... 107
13.2 Fabrieksgarantie (Nederland) ................................... 107
13.3 Klantendienst (België) ................................................ 107
13.4 Serviceteam (Nederland) ........................................... 107
14 Technische gegevens ................................................108
14.1 Technische gegevens ..................................................108
14.2 Technische gegevens VWW ..........................................111
15 Ingebruiknemingsprotocol ........................................ 114
16 Referentie ...................................................................... 117
17 Bijlage ............................................................................120
Trefwoordenregister ...................................................................127