155154
HET APPARAAT SEALT NIET,
NADAT DEZE GEVACUMEERD HEEFT
1. In het apparaat zit een vacuümdruk sensor. Als de druk niet hoog genoeg is,
wordt het sealproces niet automatisch in werking gezet. Controleer of de seal-
strip en de afdichtingen schoon zijn en reinig ze eventueel. Controleer ook of
ze op de juiste plek zitten en start het apparaat opnieuw.
2. Controleer of de afdichtingen kapot gebroken of verdraaid zijn. Plaats ze
opnieuw of vervang ze door nieuwe. Solis of uw dichtstbijzijnde servicecentrum
kan u verder helpen.
3. Controleer of de zak een lek heeft. Om dit te controleren, sealt u de zak met
nog wat lucht erin en dompel deze daarna onder water. Als er bellen ontstaan,
is de zak lek en moet u een nieuwe zak gebruiken.
4. Misschien is de zak niet helemaal goed geseald, omdat er kruimels, vet of vocht
in de sealnaad zat of omdat de zak niet helemaal glad en vouwvrij was. Open
de zak, maak de binnenkant van het uiteinde van de zak, het aandrukrubber en
de sealstrip goed schoon. Let goed op dat u de zak helemaal glad in de vacu-
umkamer legt.
ER ONTSTAAT WEER LUCHT IN DE ZAK
NADAT DEZE GESEALD IS
1. Misschien is de zak niet helemaal goed geseald, omdat er kruimels, vet of vocht
in de sealnaad zat of omdat de zak niet helemaal glad en vouwvrij was. Open
de zak, maak de binnenkant van het uiteinde van de zak, het aandrukrubber en
de sealstrip goed schoon. Let goed op dat u de zak helemaal glad in de vacu-
umkamer legt.
2. Sommige levensmiddelen produceren natuurlijke gassen of gisten, zoals bij-
voorbeeld fruit en groenten. Als u vermoedt dat dit gebeurd is, opent u de zak
en controleert u de levensmiddelen. Als ze gisten, gooit u de zak weg. Tem-
peratuurswisselingen in de koelkast kunnen ook vacuümverpakte specerijen
bederven. Gooi in geval van twijfel altijd de voedingsmiddelen weg.
3. Controleer of de zak eventueel een gat heeft, waardoor er lucht kan binnen-
dringen. Scherpe kanten van levensmiddelen moeten altijd met gevouwen
keukenpapier worden afgedekt, zodat deze kanten geen gaten meer kan
veroorzaken.
DE ZAK SMELT RESP. IS NIET JUIST GESEALD
Mocht de sealstrip of het aandrukrubber oververhit raken, dan kan de zak smelten.
Zet in dat geval het apparaat uit, open de deksel en laat deze onderdelen enkele
minuten afkoelen.
s
PROBLEMEN EN MOGELIJKE
OPLOSSINGEN
HET APPARAAT WERKT NIET
1. Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit.
2. Controleer of het snoer beschadigd is. In dat geval het apparaat naar Solis of
naar een door Solis bevoegde servicelocatie brengen en het snoer laten vervan-
gen.
3. Controleer of het stopcontact goed werkt, door een ander elektronisch apparaat
aan te sluiten
4. Controleer of de zak op de juiste manier in de vacuümkamer is geplaatst.
5. Het vacumeerapparaat schakelt bij oververhitting automatisch uit. Laat het eerst
afkoelen en start pas daarna een nieuw proces.
HET APPARAAT SEALT DE LEGE ZAK NIET
Controleer of de zak op de juiste manier op het sealstrip ligt, zoals in hoofdstuk 5
(pagina 138) beschreven wordt.
DE LUCHT IS NIET VOLLEDIG UIT DE ZAK VERWIJDERD
1. Om te zorgen dat de zak dicht goed geseald wordt, moet het open uiteinde van
de zak volledig en zonder vouwen in de vacuümkamer worden geplaatst.
2. Controleer of de sealstrip en de afdichtingen in de vacuümkamer schoon en
goed gepositioneerd zijn. De afdichtingen mogen ook niet gebroken of poreus
zijn. Maak de afdichtingen en de sealstrip schoon.
3. Controleer of de zak een lek heeft. Om dit te controleren, sealt u de zak met nog
wat lucht erin en dompelt u deze daarna onder in water. Als er bellen ontstaan,
is de zak lek en moet u een nieuwe zak gebruiken.
4. Gebruik uitsluitend de vacuümfolies en –zakken van Solis!
5. Misschien is de zak niet helemaal goed geseald, omdat er kruimels, vet of vocht
in de sealnaad zat of omdat de zak niet helemaal glad en vouwvrij was. Open
de zak, maak de binnenkant van het uiteinde van de zak, de sealstrip en het
aandrukrubber goed schoon. Let goed op dat u de zak helemaal glad in de
vacuümkamer legt.
6. Controleer of de deksel links en rechts goed afgesloten zijn.