28
Warmwateraansluiting *
* Afhankelijk van het model
De afwasautomaat kan op koud of warm water tot max.
60 °C worden aangesloten.
De aansluiting op warm water wordt aanbevolen als dit
uit een energetisch gunstige warmwaterbereiding en
een geschikte installatie ter beschikking staat, bijv.
een zonneënergie-installatie met circulatieleiding.
Hiermee bespaart energie en tijd.
Met de instelling Warmwater ‘:‹‚ kunt u uw apparaat
optimaal op het gebruik met warm water afstemmen.
Wij adviseren hierbij een watertemperatuur
(temperatuur van het instromende water) van minimaal
40 °C en maximaal 60 °C.
De aansluiting op warm water wordt niet aanbevolen
als het water uit een elektrische boiler ter beschikking
wordt gesteld.
Instelling Warmwater:
1 Deur openen.
2 AAN/UIT-schakelaar ( inschakelen.
3 Programmatoets # ingedrukt houden
en de START-toets )" net zolang indrukken tot
de cijferindicatie •:‹... brandt.
4 Beide toetsen loslaten.
De indicatie van toets # knippert
en op de cijferindicatie 8 brandt de door
de fabriek ingestelde waarde •:‹….
5 Programmatoets # net zo vaak indrukken tot
op de cijferindicatie 8 de in de fabriek
ingestelde waarde ‘:‹‹ verschijnt.
Om de instelling te wijzigen:
1 Door indrukken van de toets 3 kunt
u de instelling Warmwater uit- ‘:‹‹ of
inschakelen ‘:‹‚.
2 START-toets )" indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
3 Deur sluiten.
Elektrische aansluiting
Het apparaat uitsluitend via een volgens
de voorschriften aangebracht, randgeaard
stopcontact op 220 V tot 240 V en 50 Hz of 60 Hz
aansluiten. Zie het typeplaatje 9J voor
de vereiste zekering.
Het stopcontact moet zich in de buurt van het
apparaat bevinden en ook na het inbouwen
gemakkelijk bereikbaar zijn.
Veranderingen in de aansluiting mogen alleen
door een vakkundig monteur worden uitgevoerd.
Een verlenging van de elektrische aansluitkabel
mag alleen door de Servicedienst geleverd
worden.
Bij gebruik van een aardlekschakelaar mag alleen
een type met het teken ‚ geïnstalleerd worden.
Alleen deze voldoet aan de nu geldende
voorwaarden.
Het apparaat is voorzien
van een waterbeveiligingssysteem. Let op: het
functioneert alleen als het apparaat
op de stroom is aangesloten.
Demontage
Neem ook hier de volgorde van de handelingen
in acht.
1 Apparaat van het elektriciteitsnet loskoppelen.
2 Kraan dichtdraaien.
3 Aansluiting op de waterafvoer en -toevoer
loskoppelen.
4 Bevestigingsschroeven onder het werkblad eruit
draaien.
5 De plint – indien aanwezig – demonteren.
6 Apparaat eruit halen en daarbij de slang
voorzichtig naar voren trekken.